De Franse Maurienne Vallei is niet heel erg bekend onder wintersporters en dat is eigenlijk best gek. Er zijn hier namelijk zoveel bijzondere plekken te ontdekken! Karin maakte een roadtrip door de Maurienne Vallei en neemt je in vier delen mee tijdens haar reis.
Dat de Maurienne-vallei populair is bij Christian Prudhomme, de directeur van de Tour de France-organisatie, kunnen wij wel begrijpen als we richting Valfréjus rijden. Na die 14 haarspeldbochten zul je als wielrenner je benen wel voelen. Maar voor onze roadtrip (en voor iedereen die naar Valfré, zoals het liefkozend wordt genoemd, gaat) is het ideaal: tot aan de voet van de berg rijd je over de snelweg, waarna je de 14 haarspeldbochten pakt en hop, je bent er. De weg is ondanks recente sneeuwval in prima staat en binnen een uurtje staan we vanuit Valloire in Valfréjus.
Hier worden we opgewacht door Olivia, die ons meteen meeneemt de berg op. Om te lunchen, welteverstaan, want flink skiën kun je niet zonder een goede bodem. We zijn in Frankrijk, dus we eten in La Punta Bagna een voedzame warme hap. Dit restaurant met een prachtig uitzicht (althans, dat laten we ons vertellen, want vandaag ligt de top in de wolken) ligt op het gelijknamige hoogste punt van het skigebied. Dachten we dat Fransen galant en beleefd waren, in La Punta Bagna maakt het personeel sarcastische grappen tegen elkaar en schroomt ook niet om ons daarin te betrekken. Alsof het directe Hollanders zijn! Met de prima prijzen en de menukaart zonder poeha voelen wij ons meteen thuis.
Na de lunch is het tijd om onze calorierijke berghap eraf te skiën. We pakken de blauwe Combe-piste, die als het ware om de berg heen loopt en waardoor je meteen het gevoel hebt ver van liften en pistes verwijderd te zijn. Dit gevoel wordt nog eens enorm versterkt als we verder afzakken over de ruim 10 kilometer lange Jeu-piste, die door het bos loopt en dat een vlakker pad is waar we – helemaal alleen! – van de stilte en de versgevallen sneeuw op de bomen genieten.
Als we terug zijn aangekomen in het dorp, pakken we wederom de snelle gondel en de stoeltjeslift, waardoor we binnen de kortste keren weer op de Punta Bagna staan en nog een aantal mooie afdalingen maken. We pakken ook even de hoek van de Arrondaz mee, en zien in het voorbijgaan kinderen de grootste pret beleven in het Kid Park, waar de bandendraaimolen op sneeuw duidelijk de meest populaire attractie is.
We vinden het mooi geweest en drinken een biertje in de Celtic Pub, dat aan het centrale sneeuwplein ligt. Deze Iers aandoende pub is de favoriete plek van de locals, waardoor er een mooie mix in klandizie ontstaat. De eigenaar blijkt in een ander deel van het dorp nog een pub te hebben, met meer dan 200 speciaalbieren. Dat willen we niet missen en dus verkassen we naar de andere kant van het dorp. In de hip ingerichte Rock & Beer blijkt al gauw dat we net een dag te laat zijn: gisteren was hier een live concert dat nu al het meest legendarische van het seizoen werd genoemd. Ondanks dat er meermaals per week live concerten zijn, staat er voor vanavond net geen op het programma en onze strakke road trip planning maakt dat we morgen alweer doorgaan. Gelukkig voor ons zijn de honderden speciaalbieren wel altijd aanwezig en is ons leed dan ook al gauw geleden.
Zo hebben we het hele dorp gezien: het sneeuwplein met winkeltjes, restaurantjes (aanrader: La Piccolina voor de beste pizza), de skischool en het VVV, en het deel waar je vanaf het dal het dorp binnenkomt, met een gemeenschapsruimte, restaurants en cafés. Door de kruip-door-sluip-door-paadjes hoef je nooit ver te lopen en eenmaal in het dorp laat je de auto lekker voor wat hij is. En dat is wat ons bijblijft van Valfréjus: een compact dorpje met vriendelijke mensen met de faciliteiten die je als wintersporter anno 2016 verwacht. De snelle liften, de kroeg die met zijn honderden speciaalbieren inspeelt op de hedendaagse trend en de uitbreidbare skipas in combinatie met de toegankelijke prijzen maakt Valfré het ontdekken meer dan waard.
Met dank aan: Karin Jurgens.